Tegenstand, Vervolging

A. reden voor tegenstand jegens christenen

 

Jezus werd gehaat, voorzei tegenstand.

 

(Johannes 15:18-20) Indien de wereld U haat, GIJ weet dat ze mij eerder dan U heeft gehaat. 19 Als GIJ een deel van de wereld zoudt zijn, zou de wereld ten zeerste gesteld zijn op wat haar toebehoort. Omdat GIJ nu geen deel van de wereld zijt, maar ik U uit de wereld heb uitgekozen, daarom haat de wereld U. 20 Denkt aan het woord dat ik tot U heb gezegd: Een slaaf is niet groter dan zijn meester. Indien zij mij hebben vervolgd, zullen zij ook U vervolgen; indien zij mijn woord hebben onderhouden, zullen zij ook het UWE onderhouden.
(Mattheüs 22:10) En zo gingen die slaven heen naar de wegen en brachten allen die zij vonden bijeen, zowel slechten als goeden; en de zaal voor de huwelijksceremoniën werd gevuld met hen die aan tafel aanlagen.
 
Juiste beginselen volgen, aanklacht tegen wereld.

 

(1 Petrus 4:1) Daar Christus dan in het vlees heeft geleden, zo wapent ook GIJ U met dezelfde gezindheid; want de persoon die in het vlees heeft geleden, heeft opgehouden te zondigen,
(1 Petrus 4:4) Omdat GIJ niet langer met hen deze weg bewandelt naar dezelfde lage poel van liederlijkheid, staan zij vreemd te kijken en gaan zij voort schimpend over U te spreken.
(1 Petrus 4:12-13) Geliefden, staat niet vreemd te kijken over de brand onder U, die over U komt als een beproeving, alsof U iets vreemds overkwam. 13 Integendeel, blijft U verheugen, aangezien GIJ deel hebt aan het lijden van de Christus, opdat GIJ U ook gedurende de openbaring van zijn heerlijkheid moogt verheugen en verrukt moogt zijn.
 
Satan, god van dit samenstel, tegen koninkrijk.

 

(2 Korinthiërs 4:4) onder wie de god van dit samenstel van dingen de geest van de ongelovigen heeft verblind opdat het verlichtende licht van het glorierijke goede nieuws over de Christus, die het beeld van God is, niet zou doorschijnen.
(1 Petrus 5:8) Houdt UW zinnen bij elkaar, weest waakzaam. UW tegenstander, de Duivel, gaat rond als een brullende leeuw, op zoek om [iemand] te verslinden.
 
Christenen vreest niet, God geeft steun.

 

(Romeinen 8:38-39) Want ik ben ervan overtuigd dat noch dood noch leven, noch engelen noch regeringen, noch tegenwoordige noch toekomende dingen, noch krachten, 39 noch hoogte noch diepte, noch enige andere schepping ons zal kunnen scheiden van Gods liefde, die in Christus Jezus, onze Heer, is.
(Jakobus 4:8) Nadert tot God en hij zal tot U naderen. Reinigt UW handen, zondaars, en zuivert UW hart, besluitelozen.
 
B. Vrouwe mag niet toelaten dat man haar van God scheidt

 

Vooraf gewaarschuwd; hij is misschien verkeerd in gelicht.

 

(Mattheüs 10:34-38) Denkt niet dat ik gekomen ben om vrede op de aarde te brengen; ik ben niet gekomen om vrede te brengen, maar een zwaard. 35 Want ik ben gekomen om verdeeldheid teweeg te brengen tussen een mens en zijn vader, tussen een dochter en haar moeder en tussen een jonge vrouw en haar schoonmoeder. 36 Ja, ’s mensen vijanden zullen zijn eigen huisgenoten zijn. 37 Wie grotere genegenheid voor vader of moeder heeft dan voor mij, is mij niet waardig; en wie grotere genegenheid voor zoon of dochter heeft dan voor mij, is mij niet waardig. 38 En wie zijn martelpaal niet aanvaardt en mij niet navolgt, is mij niet waardig.
(Handelingen 28:22) Maar wij achten het juist van u te horen wat uw gedachten zijn, want werkelijk, wat deze sekte aangaat, het is ons bekend dat ze overal tegenspraak ondervindt.”
 
Zij moeten opzien naar God en Christus.
 
(Johannes 6:68) Simon Petrus antwoordde hem: „Heer, tot wie zullen wij heengaan? Gij hebt woorden van eeuwig leven;
(Johannes 17:3) Dit betekent eeuwig leven, dat zij voortdurend kennis in zich opnemen van u, de enige ware God, en van hem die gij hebt uitgezonden, Jezus Christus.
 
Door haar getrouwheid hij misschien ook gered.
 
(1 Korinthiërs 7:16) Want hoe weet gij, vrouw, of gij [uw] man niet zult redden? Of hoe weet gij, man, of gij [uw] vrouw niet zult redden?
(1 Petrus 3:1-6) Evenzo GIJ vrouwen, weest aan UW eigen man onderworpen, opdat, indien sommigen niet gehoorzaam zijn aan het woord, zij zonder woord gewonnen mogen worden door het gedrag van [hun] vrouw, 2 omdat zij ooggetuigen zijn geweest van UW eerbare gedrag te zamen met diepe achting. 3 En UW versiering besta niet in het uiterlijke vlechten van het haar en het omhangen van gouden sieraden of het dragen van bovenklederen, 4 maar het zij de verborgen persoon van het hart in de onverderfelijke [tooi] van de stille en zachtaardige geest, die van grote waarde is in de ogen van God. 5 Want zo plachten zich vroeger ook de heilige vrouwen die op God hoopten te sieren, terwijl zij zich aan hun eigen man onderwierpen, 6 zoals Sara Abraham placht te gehoorzamen en hem „heer” noemde. En GIJ zijt haar kinderen geworden, mits GIJ het goede blijft doen en geen enkele oorzaak van verschrikking vreest.
 
Man hoofd, maar mag niet aanbidding voorschrijven.
 
(1 Korinthiërs 11:3) Ik wil echter dat GIJ weet dat het hoofd van iedere man de Christus is; de man is op zijn beurt het hoofd van de vrouw en God het hoofd van de Christus.
(Handelingen 5:29) Petrus en de [andere] apostelen gaven ten antwoord: „Wij moeten God als regeerder meer gehoorzamen dan mensen.
 
C. Man mag zich niet door vrouw van Gods dienst laten afbrengen.
 
Moet vrouw en gezin liefhebben, leven voor hen wensen.
 
(1 Korinthiërs 7:16) Want hoe weet gij, vrouw, of gij [uw] man niet zult redden? Of hoe weet gij, man, of gij [uw] vrouw niet zult redden?
 
Moet beslissingen nemen, hen verzorgen.

 

(1 Korinthiërs 11:3) Ik wil echter dat GIJ weet dat het hoofd van iedere man de Christus is; de man is op zijn beurt het hoofd van de vrouw en God het hoofd van de Christus.
(1 Timotheüs 5:8) Ja, indien iemand niet voor de zijnen zorgt, en in het bijzonder voor hen die leden van zijn huisgezin zijn, dan heeft hij het geloof verloochend en is erger dan een ongelovige.
 
Man die voor waarheid opkomt, behaagd God.

 

(Jakobus 1:12) Gelukkig is de man die beproeving blijft verduren, want nadat hij is goedgekeurd, zal hij de kroon des levens ontvangen, die Jehovah beloofd heeft aan hen die hem blijven liefhebben.
(Jakobus 5:10-11) Broeders, neemt als een model van het lijden van kwaad en het oefenen van geduld de profeten, die in de naam van Jehovah hebben gesproken. 11 Ziet! Wij prijzen hen die hebben volhard, gelukkig. GIJ hebt van de volharding van Job gehoord en hebt gezien hoe Jehovah het heeft laten aflopen, dat Jehovah zeer teder in genegenheid en barmhartig is.
 
Compromis ter wille van vrede mishaagt God.

 

(Hebreeën 10:38) „Maar mijn rechtvaardige zal wegens geloof leven” en „indien hij terugdeinst, heeft mijn ziel geen behagen in hem”.
 
Gezin tot geluk in Nieuwe Wereld leiden.

 

(Openbaring 21:3-4) Toen hoorde ik een luide stem, afkomstig van de troon, zeggen: „Zie! De tent van God is bij de mensen, en hij zal bij hen verblijven, en zij zullen zijn volken zijn. En God zelf zal bij hen zijn. 4 En hij zal elke traan uit hun ogen wegwissen, en de dood zal niet meer zijn, noch rouw, noch geschreeuw, noch pijn zal er meer zijn. De vroegere dingen zijn voorbijgegaan.”

 

Valse profeten

Doorzoek de website

© 2014 Alle rechten voorbehouden.

Maak een gratis website Webnode