(Job14:13) O, dat gij mij in Sjeool zoudt verbergen, Dat gij mij verborgen zoudt houden totdat uw toorn zich afwendt, Dat gij mij een tijdslimiet zoudt stellen en aan mij zoudt denken!
Een plaats van inactiviteit.
(Psalm6:5) Want in de dood wordt van u geen gewag gemaakt; Wie zal u prijzen in Sjeool?
(Prediker9:10) Alles wat uw hand te doen vindt, doe dat met uw krácht, want er is geen werk noch overleg noch kennis noch wijsheid in Sjeool, de plaats waarheen gij gaat.
(Jesaja38:18-19) Sjeool immers kan u niet prijzen; ja, de dood kan u niet loven. Zij die in de kuil afdalen, kunnen niet hoopvol naar uw waarachtigheid uitzien. 19 De levende, de levende, híj kan u prijzen, Net als ik het heden kan. De vader zelf kan zijn eigen zonen kennis bijbrengen aangaande uw waarachtigheid.
Jezus werd uit graf, of hel, opgewekt.
(Handelingen2:27) want gij zult mijn ziel in Hades niet verlaten, noch zult gij toelaten dat hij die jegens u loyaal is, het verderf ziet.
(Handelingen2:31-32)voorzag hij en sprak hij over de opstanding van de Christus, dat hij niet werd verlaten in Hades en dat zijn vlees het verderf niet heeft gezien. 32 Deze Jezus is door God opgewekt, van welk feit wij allen getuigen zijn.
(Psalm16:10) Want gij zult mijn ziel in Sjeool niet verlaten. Gij zult niet toelaten dat hij die jegens u loyaal is, de kuil ziet.
Het zal andere doden teruggeven en vernietigd worden.
(Openbaring20:13-14) En de zee gaf de doden in haar op, en de dood en Hades gaven de doden in hen op, en zij werden ieder afzonderlijk geoordeeld overeenkomstig hun daden. 14 En de dood en Hades werden in het meer van vuur geslingerd. Dit betekent de tweede dood: het meer van vuur.
B. vuur is een symbool van vernietiging
Vuur symbool van afsnijding in dood.
(Mattheüs25:41) Maar tot die aan zijn linkerhand zal hij dan zeggen: ’Gaat weg van mij, GIJ die zijt vervloekt, in het eeuwige vuur dat voor de Duivel en zijn engelen is bereid.
(Mattheüs25:46) En dezen zullen heengaan in de eeuwige afsnijding, maar de rechtvaardigen in het eeuwige leven.”
(Mattheüs13:30) Laat beide te zamen opgroeien tot de oogst, en in de oogsttijd zal ik de oogsters zeggen: Verzamelt eerst het onkruid en bindt het in bundels om het te verbranden, en gaat daarna de tarwe in mijn voorraadschuur bijeenbrengen.’”
Onberouwvolle goddelozen voor eeuwig als door vuur verteerd.
(Hebreeën10:26-27) Want indien wij moedwillig zonde beoefenen na de nauwkeurige kennis van de waarheid te hebben ontvangen, blijft er geen slachtoffer voor zonden meer over, 27 maar [is er] een stellige vreselijke verwachting van oordeel en een vurige jaloezie die de tegenstanders zal verteren.
Satans vurige “pijniging” is eeuwige dood.
(Openbaring20:10) En de Duivel, die hen misleidde, werd in het meer van vuur en zwavel geslingerd, waar zowel het wilde beest als de valse profeet [reeds waren]; en zij zullen dag en nacht gepijnigd worden tot in alle eeuwigheid.
(Openbaring20:14-15) En de dood en Hades werden in het meer van vuur geslingerd. Dit betekent de tweede dood: het meer van vuur. 15 Bovendien werd een ieder die niet in het boek des levens geschreven werd bevonden, in het meer van vuur geslingerd.
C. verslag rijke man en Lazerus geen bewijs eeuwige pijniging
Vuur net zomin letterlijk als Abrahams schoot.
(Lukas16:22) Na verloop van tijd nu stierf de bedelaar en hij werd door de engelen naar de boezem[positie] van Abraham gedragen. De rijke stierf eveneens en werd begraven.
(Lukas16:24) Daarom riep hij en zei: ’Vader Abraham, wees mij barmhartig en zend Lazarus, opdat hij de top van zijn vinger in water kan dopen en mijn tong kan verkoelen, want ik lijd folterende pijnen in dit gloeiende vuur.’
Abrahams gunst ook tegenover duisternis.
(Mattheüs8:11-12) Ik zeg U echter dat velen uit oostelijke en westelijke streken zullen komen en met Abraham en Isaäk en Jakob aan tafel zullen aanliggen in het koninkrijk der hemelen, 12 terwijl de zonen van het koninkrijk in de duisternis daarbuiten geworpen zullen worden. Daar zullen [zij] wenen en knarsetanden.”
Babylons vernietiging vurige pijniging genoemd.
(Openbaring18:8-10) Daarom zullen op één dag haar plagen komen, dood en rouw en hongersnood, en ze zal geheel verbrand worden met vuur, want Jehovah God, die haar heeft geoordeeld, is sterk. 9 En de koningen der aarde die hoererij met haar hebben bedreven en in schaamteloze weelde hebben geleefd, zullen over haar wenen en zich in droefheid om haar slaan, wanneer zij naar de rook kijken die van haar verbranding afkomt, 10 terwijl zij uit vrees voor haar pijniging op een afstand staan en zeggen: ’Wat jammer, wat jammer, gij grote stad, Babylon, gij sterke stad, want in één uur is uw oordeel gekomen!’
(Openbaring18:21) En een sterke engel hief een steen op gelijk een grote molensteen en slingerde hem in de zee en zei: „Zo zal Babylon, de grote stad, met een snelle worp worden neergeslingerd, en ze zal nooit meer gevonden worden.